Sunday, January 21, 2007

dag 4, dinsdag 25 juli. Chicoutimi - Baie Comeau

Deze morgen voor het eerst proberen te bellen naar het thuisfront. Een zenuwslopende bedoening bleek al gauw. Het minimum bedrag om te bellen naar het buitenland bedraagt 10 CAD, en het telefoontoestel, dat m'n bankkaart of Visa niet wil slikken, aanvaardt enkel stukken van 50 cent.
Een briefje van 10 CAD gaan wisselen tegen 20 stukken van 50 cent dus, om ze in een zondvloed van neerstortend metaal terug gespuwd te krijgen in het veel te kleine wisselgeldbakje,
zodra je aan een 0032 476 ... begint. Na nog twee keer proberen toch de moed opgegeven, en met een gladgestreken gezicht m'n kleingeld terug gaan omwisselen tegen een briefje van 10. Rare jongens, die Belgen...
Vandaag rijden we vanuit Chicoutimi langs de Fjord de saguenay terug naar de oevers van de St. Lawrence. De bijna 100 km lange fjord van de Rivière Saguenay mondt in Tadoussac uit in de St. Lawrence, en is langs twee kanten toegankelijk. Wij nemen route 172 in het noorden, en onze eerste stop is in het plaatsje Sainte-Rose-du-Nord. Het is een klein dorpje van waaruit je via wan
delpaden door het bos tot vrij hoog kan klimmen, en een mooi uitzicht over de fjord krijgt.
Een onuitgesproken regen miezert omlaag, mist en laag voorbijsnellende wolken onthouden ons grandioze vergezichten.


fjord de Saguenay in Saint-Rose-du-Nord (foto Stefaan)


Drie wilde trappers langs de Saguenay (foto Frank)

Verder naar het parc national de Saguenay, en tijdens de tocht van een grote twee uur slaat het weer naar Canadese gewoonte spectaculair om, we krijgen een heldere open hemel en een zonnige namiddag.
Een wandeling van 3,6 km in het park brengt ons op een van de mooiste panorama's over de fjord.
Ee
n praatzieke Canadees, die vroeger in deze buurt een vakantiehuisje had wil persé een foto van ons nemen, en wringt zich daarvoor in allerlei posities, waarbij plaatsvervangende schaamte zelfs de meest extraverte en dramatiserende fashion-fotograaf zou overvallen.
Dezelfde
man weet ons te vertellen dat het absoluut onmogelijk is Labrador City, waar we morgen heen willen rijden, met de wagen te bereiken, er zouden geen wegen naartoe zijn, en enkel met de wagen op de trein zou je er misschien kunnen geraken. Misschien bestaat Labrador-City niet eens, is het een verlaten spookstad waar zwerfhonden en thumbleweed de lege mijnen bevolken. Hopelijk ! We beginnen stilaan te twijfelen aan ons plan om via Labrador-City naar Goose Bay te rijden en van daaruit de overzet naar Newfoundland te maken, maar besluiten ons niks van al z'n geraaskal aan te trekken, en gewoon te doen wat we van plan waren.


Fjord de Saguenay (foto Piet)


Stefaan, Piet en Frank, Fjord de Saguenay (foto Canadese betweter)


Rivière de Saguenay (foto Stefaan)

In Tadoussac komen we weer aan de St. Lawrence, en Frank brengt ons veilig langs route 138 noordwaarts, langs Forestville, naar Baie Comeau waar we Motel Manic vinden (91 CAD).
Een aardig meisje aan de receptie bevestigt dat onze plannen uitvoerbaar zijn, zo zie je maar weer ...
Na een 12-duim pizza (groot, ècht groot, TE groot) in een nachtpizzeria recht tegenover het motel gaan we slapen, want morgen hebben we veel kilometers en stof voor de boeg.


Onderweg maakten we nog kennis met een Canadees, die met z'n kajak hier in de baai van de St. Lawrence rondpeddelt, en slaapt op kleine eilandjes, waar hij z'n tunneltentje tegen regen en wind in op de harde rotsbodem probeert vast te zetten. Respect ...
De St. Lawrence is hier al zo'n 50 km breed, en 100 km verder stroomt ie via de St. Lawrence golf, het grootste estuarium (trechtervormige riviermonding) ter wereld, de Atlantische oceaan in.


Voor het betere parkeerwerk, Frank (foto Piet)

2 comments:

Afgevaardigde 39 said...

De foto met de parkerende Frank doet me denken aan een thriller uit eind jaren zestig.

Het uitzicht bij de fjorden moet inderdaad heerlijk geweest zijn als je er zelf op stond. Het is bijna jammer dat er voorzieningen zijn zoals hekjes en balustrades - doet wat van het ongerepte af. Niet dat het daarom meteen op een chirokamp lijkt natuurlijk, maar is het niet om op een zuiver stuk rots te staan? Al is het dan wat minder veilig.

Stefaan Vandenheede said...

Ja, Jean-Paul Belmondo in A bout de Souffle of zo...
Al moet de wagen dan wel een Peugeot 404 zijn, een Frank met een Gauloise in de bek.